Bloggers voor Rode Neuzen Dag: Het verhaal van Karen, 28 jaar.
De Rode Neuzen Tag werd al een aantal keer ingevuld en gedeeld op de Facebookpagina van Bloggers voor Rode Neuzen Dag. Ook de Rode Neus Broches vinden stil aan hun weg naar het publiek. Maar er staat nog meer te gebeuren. De komende weken zal ik enkele gastbloggers aan het woord laten om hun verhaal te doen en hen te laten vertellen waarom zij initiatieven zoals Rode Neuzen Dag belangrijk vinden.
Vandaag laat ik Karen* aan het woord. Ze is bijna 28 en werkt als management assistent. Maar daarover gaat het vandaag niet. Karen wil meer vertellen over haar strijd met psychische problemen tijdens haar tienerjaren. Ze kampte met eetproblemen en automutileerde. Dit is haar verhaal:
Begrijpen wie begrijpen kan, pijn met pijn bestrijden. Al van kleins af aan leren we dat je geweld niet met geweld hoort te bestrijden, dat we een andere manier moeten zoeken om een conflict op te lossen, woorden moeten zoeken. Waarom ik dan wel dacht dat fysieke pijn zou helpen tegen emotioneel leed is me tot op vandaag nog steeds een raadsel. Wanneer de eerste keer was dat ik het deed en hoe ik op het idee kwam is een even groot raadsel. Wat ik wel nog weet, is dat het al snel een toevlucht werd. Wanneer je me ziet zou je niet zeggen dat er iets sluimert, niemand zou zeggen: dat meisje, die is met duistere dingen bezig.
Ik schets even een beeld van de 15-jarige mij. Populair (in alle bescheidenheid bedoeld), goede cijfers op school, heel sociaal en zeer zelfstandig. Muziekschool, bijbaantje, dansles, ik deed het allemaal en allemaal met de glimlach en met een horde vriendinnen. Wanneer ik dan thuis kwam, werd ik overvallen door een ongekend verdriet. Ik kan zelf niet zeggen waarom ik verdriet had. Waarom die tranen er waren en waarom ik voelde wat ik voelde. Er was gewoon geen verklaring voor. Soms kwam ik op mijn kamer, deed ik mijn deur dicht en viel het plots allemaal van mij af. Ik kon zelfs niet meer rechtstaan. Ik lag gewoon op de grond te huilen, de emoties zo zwaar dat ik niet anders kon dan blijven liggen, blijven liggen onder emoties die zo zwaar wegen dat ze me tegen de grond drukten, verboden om recht te staan. De eerste keren gingen gepaard met de gedachte “huilen lucht op”.
Maar de huilbuien werden langer, gebeurden meer en meer, van opluchten was eigenlijk ook geen sprake. En ik kon niet zeggen waarom. Ik denk ook niet dat ik op dat ogenblik gezocht heb naar de waarom. Als er toen een "praten werkt" slogan was geweest, dan was het vervolg van dit verhaal hoogstwaarschijnlijk anders gegaan. Misschien was de 15-jarige ik dan op zoek gegaan naar hulp, om dan samen met die hulp op zoek te gaan naar waarom. Waarom heeft een 15-jarig meisje emoties zo zwaar dat ze niet meer kan rechtstaan? Letterlijk tegen de grond gedrukt wordt? Maar er was geen "praten werkt" noch een rode neus. Wat er wel was: messen, scharen, glas en een heleboel andere scherpe dingen.
Zoals ik al zei herinner ik mij niet meer wat de eerste keer was noch waar ik het idee oppikte. Wat ik wel weet is dat het snel een toevlucht werd. Ik had op mijn kamer een groen doosje verstopt. In het doosje: een bebloede zakdoek, een zilveren schaar, glasscherven en een blauw breekmes. Van zodra ik de tranen voelde opkomen dacht ik: nee, niet nu, ik wil me niet compleet verloren voelen, ik wil geen verdriet. Het snijden was een afleiding van de emotionele pijn. Ik voelde de pijn van de tranen niet. Of beter: de pijn achter de tranen. Het kalmeerde. Het is gek om te zeggen maar het snijden werkte ontzettend kalmerend. Al vanaf de eerste snee voelde ik me rustig worden, alle tranen trokken weg en ik had weer controle over wat ik voelde. Ik zou niet huilen. Dat kon ik zelf kiezen. Het bloed kwam meestal in kleine puntjes tevoorschijn aan de oppervlakte, het teken voor mij om nogmaals in diezelfde snee te gaan zodat het bloed zich makkelijker een weg kon banen naar de oppervlakte. Lees: dieper snijden. Het tevoorschijn zien komen van het bloed, daarvoor deed ik het. Ik zat in mijn hoekje te kijken naar rode stipjes die rode lijnen werden en vervolgens van mijn arm drupten.
Het verstoppen van dit alles ging verbazend vlot. 1 keer had ik een probleem. Plots was het bij de lessen lichamelijke opvoeding verboden om lange mouwen onder je school t-shirt te dragen. Ik voelde paniek opkomen en zag maar 1 oplossing. Toen de leraar, net afgestudeerd, alleen was zei ik hem ''Ik kan niet zonder lange mouwen". Toen hij me vroeg “waarom niet?” aarzelde ik even en liet hem vervolgens mijn linkerarm zien. "Oké hou maar aan". Verder is er niets meer over gezegd. Er is nooit nog een woord gesproken over lange mouwen en wat deze verstopten. Ik wil hier absoluut niemand schuld geven. Maar deze gebeurtenis staat bij mij gekenmerkt als een verloren keerpunt. Hier had iemand kunnen ingrijpen, helpen, met een rode neus of een "praten werkt" komen. Helaas voor mij gebeurde dat niet waardoor het probleem bleef aanslepen.
Na een tweetal jaar voelde ik dat het snijden niet genoeg was. Ik kon alleen maar snijden in de veiligheid van mijn kamer. Maar de huilbuien en emoties beperkten zich niet alleen meer tot 's avonds dus zocht en vond ik een nieuwe manier van controle. Ik begon mijn eten over te geven. Er is geen nette manier om dit te beschrijven. Wanneer er me plots een gevoel overmande dat ik de situatie niet onder controle had, ging ik even naar de WC. Toiletten zijn namelijk overal. Geen gedoe met groene doosjes, witte mouwen en druppend bloed. Het snijden verminderde hierdoor aanzienlijk, net als mijn gewicht. Aanvankelijk was dat geen probleem - ik had wel wat gewicht dat ik kwijt kon - waardoor ik zelfs positieve reacties kreeg in het begin. Dit is een verhaal dat je al veel gelezen gaat hebben uiteraard... Na een klein jaar rond mijn 18de vond mijn mama dan toch dat ik heel mager werd en begon ze me beter in het oog te houden. Tot dit moment is alles mooi verstopt gebleven en heeft noch mama noch papa ooit iets gemerkt. Absoluut geen verwijt. Wanneer je drie kinderen moet opvoeden gaat er geen belletje rinkelen bij een dochter die goede resultaten haalt, fijne hobby 's heeft en regelmatig vriendinnen over de vloer brengt. Maar toen dus wel. Plots vroeg mijn mama naar mijn gewicht en vroeg ze zich af waarom ik zo bleek was. Ik heb toen iets vaag geantwoord over een druk leven, een paar keer vergeten eten en dat ik beter zou opletten. Ik merkte aan haar houding dat het iets was waar ze op zou letten, iets wat niet aan haar aandacht zou ontsnappen de komende tijd. Dus deed ik mijn best om weer meer te eten en minder over te geven. Op zich was dit geen moeilijke oefening voor mij omdat het met niet echt over gewicht ging maar om controle. Ik vond mijn controle wel weer in iets anders en begon meer te snijden.
Zo zijn we een aantal jaar bezig geweest. Periodes van elke dag snijden en dan weer een maand niets wisselden zich af, stilaan begonnen de niet-periodes langer en langer te worden. Het overgeven ging er heel snel uit na de opmerking van mijn mama wegens te gevaarlijk voor herkenning. Zo ging het in totaal 7 jaar. 7 jaar lang heb ik dit alles verborgen gehouden. Totdat ik mijn huidig lief tegenkwam. Hij zag de littekens en maakte me meteen duidelijk dat dit iets was waar hij niet mee omkon. Hij zou het niet kunnen hebben als iemand die hij zo graag zag zich pijn deed. Noem hem sterk, noem hem zwak maar zijn woorden werkte. We zijn nu meer dan 5 jaar verder en in die 5 jaar heb ik drie keer een terugval gehad. Drie keer gebeurde het dat ik het niet kon laten. Dat ik twijfelend op het randje van de zetel zat. Denkend aan zijn woorden. Wikkend en wegend wat er belangrijker was: zijn woorden of toch die druppeltjes bloed streepjes zien worden die vervolgens van mijn arm drupten.
Ik denk dat ik kan zeggen dat ik heel deze periode betrekkelijk goed ben doorgekomen: ik ben ondertussen volwassen en kan zeggen dat het al lang geen dagelijkse strijd meer is. Soms gaat het moeilijk, soms is er verdriet maar dat is het leven. Het grote ongekende verdriet dat plots overmant, uit het niets komt en voelt als een donderslag bij heldere hemel is al even verleden tijd. Ontgroeid. Ik hoop dat het wegblijft, dat ik nooit meer moet voelen wat ik toen voelde. Heel soms is het nog vechten tegen de gedachten en bij het zien van glasscherven krijg ik nog steeds een vage glimlach. Dit was namelijk mijn 'favoriete' tool.
Waarom ik na al die jaren mijn verhaal deel? Ergens in het verhaal vertel ik over een verloren keerpunt. Was het niet mooi geweest als dit niet verloren was? Daarom en om zoveel meer redenen is het belangrijk initiatieven als Rode Neuzen Dag te steunen, is het belangrijk om te voorzien in opleiding voor leerkrachten en opvoeders is het belangrijk om te leren signalen op te pikken. Ik hoop met het delen van mijn verhaal dit te kunnen bereiken.
* Vanwege privacy redenen kozen we ervoor om een valse naam te gebruiken.
Knuffeltje voor je. Knap van je om je verhaal met ons te delen. Inderdaad was er jaren geleden geen rode neus of praten moet... maar je bent op de goede weg met vallen en opstaan en de steun van je lief x
BeantwoordenVerwijderenWat herkenbaar dit. Ik had nog ooit van rode neuzen dag gehoord maar dit is echt belangrijk. Ik deed als tiener ook aan automutilatie en werd daar heel erg om veroordeeld door mijn omgeving. Heel jammer.
BeantwoordenVerwijderenToch straf dat we met zovelen dachten dat we die pijn alleen voelden en voor onszelf moesten houden hé. Wat is dit een goed initiatief! Ik hoop dat het tegenwoordig anders gaat!
BeantwoordenVerwijderenEen pakkend verhaal, dat tot nadenken stemt. Het illustreert eens te meer dat acties zoals de Rode Neuzen Dag meer dan nodig zijn!
BeantwoordenVerwijderen